Prinsjesdag 2020
Op 15 september jl. was het Prinsjesdag. Dit jaar een bijzondere versie in verband met corona. Desondanks zijn er een aantal interessante zaken door het kabinet gepresenteerd. In dit artikel blik ik graag terug op de aankondigingen die met de woningmarkt en met de inkomstenbelasting te maken hebben.
Vrijstelling overdrachtsbelasting
Een aankondiging die meteen in het oog sprong, is de vrijstelling van de overdrachtsbelasting bij de aankoop van een woning door starters: De wet differentiatie overdrachtsbelasting.
Voor deze vrijstelling gelden een aantal voorwaarden:
- Alleen natuurlijke personen komen in aanmerking voor de vrijstelling
- De koper moet meerderjarig zijn, maar jonger dan 35 jaar
- De woning moet door de koper zelf bewoond worden
- Wie gebruik van de vrijstelling wil maken, dient vóór akte van levering bij de notaris een schriftelijke verklaring af te geven dat de koper zelf in de woning gaat wonen. Vaak zal deze verklaring door de notaris worden opgemaakt
- De koper mag niet eerder gebruik hebben gemaakt van de vrijstelling. Omdat de vrijstelling er voor 1-1-2021 nog niet was, geldt deze voorwaarde voor iedereen
Tip! Deze voorwaarde zet de deur open voor jonge doorstromers. De woning die aangekocht wordt, hoeft namelijk niet de eerste eigen woning te zijn. Iemand die nu een eigen woning heeft en een volgende woning aankoopt kan dus ook gebruik maken van deze vrijstelling, mits aan de overige voorwaarden wordt voldaan.
Twee kopers
Mocht een huis door twee personen gekocht worden, dan wordt per persoon bepaald of diegene in aanmerking komt voor de vrijstelling. Zijn beide jonger dan 35 jaar, dan geldt de vrijstelling voor beide. Is één van tweeën op de datum van overdracht 35 jaar of ouder, dan geldt de vrijstelling alleen voor de jongere partner en wordt per saldo 1% overdrachtsbelasting betaald.
Tip! Is er reeds een woning aangekocht maar heeft de overdracht nog niet plaatsgevonden, dan is het slim om te onderzoeken of de overdracht kan worden uitgesteld tot na 1-1-2021. Bij een woning van € 300.000, is er sprake van een besparing van maximaal € 6.000.
Uiteraard zijn hierbij een aantal zaken om rekening mee te houden; zo zal bijvoorbeeld de medewerking van de verkopende partij nodig zijn en is het belangrijk of de eventueel getekende hypotheekofferte lang genoeg geldig is.
Verhoging overdrachtsbelasting
Een ander onderdeel van de wet differentiatie overdrachtsbelasting is dat het percentage voor woningen die niet voor eigen bewoning wordt aangekocht, naar 8% gaat.
Dit geldt dus voor iemand die een woning voor bijvoorbeeld de verhuur aan derden aankoopt, of om een studerende dochter of zoon te laten wonen.
Tip! Heeft u een woning gekocht, waarin u niet zelf gaat wonen en staat de overdracht na de jaarwisseling gepland, dan is het raadzaam om te onderzoeken of de overdracht nog dit jaar kan plaatsvinden. U betaalt dan het huidige tarief aan overdrachtsbelasting en bespaart daarmee veel geld.
Tarief inkomstenbelasting
Het kabinet verlaagt het lage tarief inkomstenbelasting van 37,35% naar 37,10%. Over het inkomen tot € 68.508 wordt hierdoor iets minder belasting betaald.
Eigenwoningforfait
Iedereen met een eigen woning heeft te maken met het eigenwoningforfait: een fiscale bijtelling vanwege het bezit van die eigen woning. Dit jaar ligt dat percentage op 0,6% bij een woning met een WOZ-waarde tussen € 75.000 en 1.100.000 en wordt volgend jaar 0,5%. Hierdoor wordt het bedrag aan aftrekbare rente iets hoger, mits de WOZ-waarde gelijk blijft.
Wet Hillen
Betaalt u geen of weinig rente omdat u geen of slechts een kleine eigenwoningschuld hebt? Dan is uw eigenwoningforfait meestal hoger dan de aftrekbare kosten voor uw eigen woning. U hebt dan recht op een aftrek omdat u geen of een kleine eigenwoningschuld hebt. Dit wordt ook wel de Wet Hillen genoemd. Sinds 1 januari 2019 wordt deze aftrek voor de kleine woningschuld over 30 jaar afgebouwd. Het percentage neemt ieder jaar af met 3,33%. Vanaf 1 januari 2048 vervalt de aftrek helemaal. Dit betekent dat u in 2019 96.67% en in 2020 nog maar 93,33% van het verschil tussen uw eigenwoningforfait en de aftrekbare kosten voor uw eigen woning als aftrek krijgt. In 2021 zal deze daling verder worden doorgetrokken naar 90%.
Maximale aftrek
Waar we in het verleden nog een maximale aftrek van 52% van onder andere de hypotheekrente kenden, wordt deze de afgelopen jaren al naar beneden bijgesteld. In 2021 daalt het percentage voor de maximale aftrek van 46% naar 43%.
Vermogensbelasting
De eerder aangekondigde heffing op basis van vermogenscategorieën gaat niet door. In plaats daarvan wordt gezocht naar een andere heffingssystematiek die beter aansluit bij de daadwerkelijk behaalde rendementen. In de tussentijd worden ‘kleine spaarders’ ontzien doordat het heffingsvrij vermogen stijgt van ruim € 30.000 in 2020, naar € 50.000 per fiscaal partner in 2021. Wie over het meerdere vermogen belasting betaalt, gaat in 2021 een iets hoger tarief betalen; dat gaat van 30% naar 31%.
Ondernemers
Tenslotte wordt voor ondernemers ook het een en ander aangepast. Om de verschillen in fiscale behandeling tussen werknemers en zelfstandigen te verkleinen, wordt de zelfstandigenaftrek versneld afgebouwd. Deze afbouw zet daarnaast verder door. Aanvankelijk zou de afbouw worden stopgezet bij € 5.000, maar op Prinsjesdag werd bekend gemaakt dat de afbouw doorgaat tot € 3.240 in 2036.
Verder stijgt het tarief in box 2 van 26,25% naar 26,90%, maar wordt het MKB ontzien door een daling van het lage tarief van de vennootschapsbelasting naar 15%. De eerder aangekondigde verlaging van het hoge tarief, gaat niet door.
Let op: De aangekondigde maatregelen moeten nog worden goedgekeurd door de Eerste en de Tweede Kamer, pas daarna zijn ze definitief. Naar alle waarschijnlijkheid zullen de meeste maatregelen in november definitief zijn.